Was je ongelukkiger met je stafkaart? deel 2

Gepubliceerd op 31 augustus 2021 om 10:34

Bij mijn grootouders was er een wasplaats. Een groot bijgebouw grenzend aan het woonhuis waar we altijd laarzen konden vinden voor onze wandelingen. Er was voldoende ruimte om de was te laten drogen, en emmers en dweilen een thuis te bezorgen. Maar heer en meester was een immense pompbak. Een echte, letterlijk. Een stenen gootsteen met een grote metalen handpomp.

Wees gerust, in mijn huis staat een wasmachine en een vaatwasser. Daar kan ik dagelijks gelukkig van worden. De techniek die mij tijd geeft. (Een smartphone, by the way, doet het tegenovergestelde maar laat de eigenaar het tegendeel geloven.) Tijd is onbetaalbaar. Verder treur ik ook niet om het bestaan van een laptop. Liefst met een goede batterij.

Maar waarom aanvaarden we dat de laptop na vier jaren de geest geeft, de software niet meer wordt ondersteund, de wasmachine herstellen duurder is dan een nieuwe aankoop…? Omdat onze welvaart, of correcter onze honger naar meer welvaart, gevoed wordt door consumptie, met groei. Maar wanneer is het genoeg? Men zegt “waarschijnlijk nooit, het is des mensen”. En ik moet zwijgen. 

Maar tegen welke prijs? Overstromingen elke tien jaar, elke vijf jaar …? Jaarlijkse hittegolven, extreme droogte, tornado’s, ziekte … ? 

Was je ongelukkiger toen de smartphone niet bestond? Was je leven écht zoveel minder comfortabel toen je nog een papieren stafkaart meenam op wandeling? Mogelijk wel. En wat met je geluksscore? 

Denk daar zondagochtend maar eens over na als je verveeld op je smartphone zit te spelen tijdens het wachten bij de bakker. De bakker op minder dan vijf km van je woning, waar je toch met je bedrijfswagen naar toe bent gekomen want er was (volgens de buienradar) een waterkansje op neerslag. 

Straks nog werken aan de 10.000 stappen.